Toelichting fiscale gevolgen Brexit

In een besluit heeft de staatssecretaris van Financiën een toelichting gegeven op de fiscale

Lees meer

Toelichting fiscale gevolgen Brexit

6 februari 2020

In een besluit heeft de staatssecretaris van Financiën een toelichting gegeven op de fiscale gevolgen van de Brexit gedurende de overgangsperiode van 1 februari 2020 tot en met 31 december 2020. Tijdens deze overgangsperiode blijft het gemeenschapsrecht voor het grootste deel gelden en is nationaal overgangsrecht niet nodig. De inwoners van het Verenigd Koninkrijk (VK) worden tijdens de overgangsperiode beschouwd als inwoners van een EU-lidstaat. Dit betekent onder andere het volgende:

  • Inwoners van het VK kunnen het gehele belastingjaar 2020 kwalificerende buitenlandse belastingplichtige zijn.
  • Inwoners van het VK behouden onder voorwaarden het recht op het belastingdeel van de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting.
  • Werkgevers kunnen de regelingen met betrekking tot het anoniementarief en de identificatieplicht ongewijzigd uitvoeren voor onderdanen van het VK.
  • De afdrachtvermindering zeevaart bedraagt voor een zeevarende, die in het VK woont, 40% van de loonsom.
  • De regeling afdrachtvermindering S&O blijft van toepassing op werkzaamheden die in het VK worden verricht.
  • De deelnemingsvrijstelling geldt ongewijzigd voor een deelneming in het VK.
  • Voor fiscale eenheden met een top- of tussenmaatschappij in het VK verandert de regeling niet.
  • In het kader van voorkoming van dubbele belasting kan een in Nederland woonachtige werknemer in dienst van een in het VK gevestigde werkgever, gedurende het belastingjaar 2020, gebruik blijven maken van de onderworpenheidsfictie als aan de overige voorwaarden daarvoor is voldaan.
  • Bij het opleggen van een conserverende aanslag inkomstenbelasting bij emigratie naar het VK behoeft tot en met 31 december 2020 geen zekerheid te worden gesteld.
  • Een betalingsregeling voor exitheffingen inkomsten- of vennootschapsbelasting blijft tot en met 31 december 2020 mogelijk voor inwoners van het VK.

Ook voor de indirecte belastingen geldt dat het VK tot en met 31 december 2020 wordt behandeld als ware het een lidstaat van de EU.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | 2020-20786, Staatscourant 2020 nr. 6891 | 06-02-2020

Het laatste nieuws

Waardebepaling recreatieterrein inclusief stacaravans op verhuurde jaarplaatsen

25 juli 2024

Een gemeente heeft bij de bepaling van de WOZ-waarde van een recreatieterrein de waarde van de daarop

Lees meer

Miljoenen uit de greep van de Belastingdienst: moet de zoon erfbelasting betalen?

25 juli 2024

Erfbelasting wordt geheven van de nalatenschap van iemand die ten tijde van zijn overlijden in Nederland

Lees meer

Analyse arresten Hoge Raad box 3

25 juli 2024

Onlangs heeft de Hoge Raad geoordeeld dat ook de Wet rechtsherstel box 3 en de Overbruggingswet box 3 het

Lees meer

Hoge Raad oordeelt over btw-heffing voor besnijdenissen

25 juli 2024

In een recente uitspraak heeft de Hoge Raad geoordeeld over de toepassing van de vrijstelling van btw

Lees meer