Bedenktermijn ontslag wederzijds goedvinden

In het Burgerlijk Wetboek is bepaald dat een werknemer het recht heeft om een schriftelijke overeenkomst

Lees meer

Bedenktermijn ontslag wederzijds goedvinden

4 november 2021

In het Burgerlijk Wetboek is bepaald dat een werknemer het recht heeft om een schriftelijke overeenkomst ter beëindiging van de arbeidsovereenkomst te ontbinden. De werknemer dient daartoe binnen veertien dagen na de datum waarop de beëindigingsovereenkomst tot stand is gekomen een schriftelijke verklaring aan de werkgever te sturen. Deze verklaring heeft alleen het gewenste rechtsgevolg als deze door de werkgever binnen de bedenktermijn is ontvangen. De bedenktermijn is in de wet opgenomen om de werknemer extra bescherming te bieden. Bepalend voor de vraag wanneer de termijn is gaan lopen is het moment waarop partijen de beëindigingsovereenkomst zijn aangegaan.

In een kortgedingprocedure stelde de kantonrechter aan de hand van de e-mailcorrespondentie tussen de gemachtigden van partijen vast dat partijen op 1 maart 2021 over alle van belang zijnde punten overeenstemming hebben bereikt. Op die dag is de werknemer akkoord gegaan met de vaststellingsovereenkomst. Dat partijen met elkaar zijn overeengekomen dat de arbeidsovereenkomst op 26 februari 2021 is geëindigd om de opzegtermijn zo kort mogelijk te houden, staat los van de vraag wanneer partijen feitelijk schriftelijk overeenstemming hebben bereikt, aldus de kantonrechter. De werknemer heeft op 15 maart 2021 een beroep gedaan op het recht om de vaststellingsovereenkomst te ontbinden. De vaststellingsovereenkomst is tijdig, binnen de termijn van veertien dagen, ontbonden. Het gevolg van de ontbinding is derhalve dat de arbeidsovereenkomst is blijven bestaan. De kantonrechter heeft de werkgever veroordeeld tot het nakomen van zijn verplichtingen uit de arbeidsovereenkomst, waaronder betaling van het loon en emolumenten, totdat de arbeidsovereenkomst op een rechtsgeldige wijze zal zijn beëindigd.

Bron: Rechtbank | jurisprudentie | ECLINLRBNHO20219155, 9258837 \ VV EXPL 21-83 | 05-07-2021

Het laatste nieuws

Emigrant wint kwijtschelding van conserverende aanslag

26 juni 2025

Een Nederlandse ondernemer emigreert in 2012 naar Zwitserland en krijgt een conserverende aanslag van

Lees meer

Beweerde verrekening telt niet mee bij verkrijgingsprijs

26 juni 2025

Een zakenman koopt in 2010 aandelen voor € 1.961 en verkoopt deze in 2011 voor € 386.947. De

Lees meer

Laag tarief bij tijdelijk gebruik van meer dan zes maanden

26 juni 2025

De staatssecretaris van Financiën heeft het beroep in cassatie ingetrokken tegen de uitspraak van Hof Den

Lees meer

Aanmaningskosten terecht, ondanks beroep op verjaring

26 juni 2025

In 2016 ontvangt een ondernemer een naheffingsaanslag accijns van € 279.058. Zes jaar later, in

Lees meer