Kamerverhuurvrijstelling en inschrijvingseis

De kamerverhuurvrijstelling in de inkomstenbelasting houdt in, dat de opbrengst van de verhuur van een

Lees meer

Kamerverhuurvrijstelling en inschrijvingseis

26 november 2020

De kamerverhuurvrijstelling in de inkomstenbelasting houdt in, dat de opbrengst van de verhuur van een kamer in de eigen woning niet belast is als de opbrengst niet hoger is dan € 5.506. Voorwaarden zijn dat huurder en verhuurder op hetzelfde adres staan ingeschreven, dat de woning het hoofdverblijf van de verhuurder is en dat de kamer geen zelfstandige woning vormt.

Een woningeigenaar verhuurde via Airbnb een gedeelte van de woning gedurende verscheidene periodes. De vraag was of de huuropbrengsten onder de kamervrijstelling vielen of belast waren als voordelen uit het tijdelijk ter beschikking stellen van de eigen woning. In dat laatste geval wordt 70% van de ontvangen huur belast. Hof Den Haag heeft alleen beoordeeld of de belanghebbende een beroep kon doen op de kamerverhuurvrijstelling. Volgens het hof is dat het geval, ook al was volgens de inspecteur niet aan alle voorwaarden voldaan. De tijdelijke huurders hebben niet op het adres van de belanghebbende ingeschreven gestaan. Het hof heeft in het midden gelaten of de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat de huuropbrengsten niet belast zijn als slechts een deel van de eigen woning wordt verhuurd.

De Hoge Raad heeft de uitspraak van het hof vernietigd. De inschrijvingseis heeft niet slechts een bewijsfunctie, maar is een voorwaarde voor toepassing van de kamerverhuurvrijstelling. De parlementaire geschiedenis bevat geen aanknopingspunten om aan te nemen dat de inschrijvingseis geen zelfstandige betekenis heeft. De Hoge Raad heeft onlangs geoordeeld dat de regeling voor het tijdelijk ter beschikking stellen van de eigen woning ook toepasselijk is op de verhuur van een deel van de eigen woning. Dat betekent dat 70% van de inkomsten uit die verhuur tot het inkomen uit werk en woning moet worden gerekend.

Bron: Hoge Raad | jurisprudentie | ECLINLHR20201741, 20/01752 | 05-11-2020

Het laatste nieuws

Per 1 januari 2025 geldende bedragen in de SZW-regelgeving

12 december 2024

De minister van SZW heeft een mededeling gepubliceerd met per 1 januari 2025 geldende bedragen in de

Lees meer

Box 3: ongerealiseerde vermogenswinsten tellen mee bij werkelijk rendement

12 december 2024

Moeten ongerealiseerde vermogenswinsten of -verliezen worden meegenomen bij de bepaling van het

Lees meer

Naheffingen mrb door onjuist gebruik handelaarskenteken

12 december 2024

Auto’s, die tot de bedrijfsvoorraad van een autohandelaar behoren, mogen alleen de openbare weg op

Lees meer

Cryptovaluta vormen belastbaar vermogen in box 3

12 december 2024

Vallen cryptovaluta onder de bezittingen, die in box 3 belast worden? Deze vraag stond centraal in een

Lees meer