Tarieven en heffingskortingen 2019

De tarieven in box 1 van de inkomstenbelasting en voor de loonbelasting zijn in 2019 als

Lees meer

Tarieven en heffingskortingen 2019

4 januari 2019

De tarieven in box 1 van de inkomstenbelasting en voor de loonbelasting zijn in 2019 als volgt.

Inkomen op jaarbasistarief tot AOW-leeftijdtarief AOW-gerechtigde
€ 0 t/m € 20.38436,65%18,75%
€ 20.385 t/m € 34.30038,10%20,20%
€ 34.301 t/m € 68.50738,10%38,10%
€ 68.508 en hoger51,75%51,75%

Voor mensen, die geboren zijn voor 1 januari 1946, geldt een hogere grens van de tweede schijf van € 34.817.
De tarieven in de eerste twee schijven bevatten een premiecomponent. Tot de AOW-leeftijd bestaat deze uit 17,9% AOW, 0,10% Anw en 9,65% Wlz. Bij het bereiken van de AOW-leeftijd vervalt de AOW-premie. In 2019 bedraagt de AOW-leeftijd 66 jaar en vier maanden.

Heffingskortingen

Heffingskortingtot AOW-leeftijdAOW-gerechtigde
Algemene heffingskorting, maximaal€ 2.477€ 1.268
Arbeidskorting, maximaal€ 3.399 € 1.740
Inkomensafhankelijke combinatiekorting€ 2.835€ 1.448
Jonggehandicaptenkorting€ 735€ 0
Ouderenkorting, maximaal€ 0€ 1.596
Alleenstaande ouderenkorting€ 0€ 429
Levensloopkorting€ 215

De algemene heffingskorting wordt afgebouwd tot nihil bij een inkomen uit werk en woning boven € 20.384. De afbouw bedraagt 5,147% van het inkomen boven € 20.384. Voor mensen, die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt, daalt de algemene heffingskorting met 2,633%. Vanaf een inkomen van € 68.507 is de algemene heffingskorting nihil. 

De arbeidskorting wordt afgebouwd tot nihil vanaf een arbeidsinkomen van € 34.060. De afbouw bedraagt 6% van het arbeidsinkomen boven € 34.060. Voor AOW-gerechtigden bedraagt de afbouw 3,069%. De arbeidskorting bedraagt nihil bij een inkomen vanaf € 90.710.

De inkomensafhankelijke combinatiekorting kent in 2019 geen basisbedrag meer. De korting loopt op bij een hoger arbeidsinkomen dan € 4.993 met 11,45% van het meerdere inkomen tot een maximum van € 2.835.

De ouderenkorting bedraagt € 1.596 tot een inkomen van € 36.783. Boven dat inkomen daalt de ouderenkorting met 15% van het meerdere tot nihil bij een inkomen van € 47.423.

Hoewel de levensloopregeling is afgeschaft, bestaat de levensloopkorting nog wel. Deze geldt bij opname uit het levenslooptegoed. Het bedrag van € 215 geldt voor ieder jaar waarin is deelgenomen aan de levensloopregeling.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 04-01-2019

Het laatste nieuws

Alternatieve dekkingsopties voor maatregelen uit Belastingplan 2024

18 april 2024

Bij de behandeling van het Belastingplan 2024 heeft de Eerste Kamer inhoudelijke bezwaren geuit tegen

Lees meer

Aanpassing besluit internationale waardeoverdracht van pensioen

18 april 2024

Naar aanleiding van twee arresten van het Hof van Justitie EU heeft de staatssecretaris van Financiën een

Lees meer

Loon of schenking?

18 april 2024

Loon is een ruim begrip en omvat alles wat uit een dienstbetrekking wordt genoten. Vergoedingen en

Lees meer

Gevolgen verliesverrekening voor aanslag waarmee verlies is verrekend

18 april 2024

Een ondernemer leed in 2018 verlies. De inspecteur heeft het vastgestelde verlies bij beschikking

Lees meer