Wetsvoorstel implementatie aanpassingen btw-regelgeving

De staatssecretaris van Financiën heeft een wetsvoorstel ter implementatie van een Europese

Lees meer

Wetsvoorstel implementatie aanpassingen btw-regelgeving

8 mei 2019

De staatssecretaris van Financiën heeft een wetsvoorstel ter implementatie van een Europese richtlijn ter consultatie gepubliceerd. De richtlijn is bedoeld om de intracommunautaire handel per 1 januari 2020 beter te harmoniseren en te vereenvoudigen.

Het wetsvoorstel heeft onder meer betrekking op de btw-regelgeving voor in een andere lidstaat aangehouden voorraad. Het overbrengen van voorraad van de ene naar een andere lidstaat is een fictieve intracommunautaire levering. De ondernemer moet deze levering melden op zijn aangifte omzetbelasting en op de periodieke Opgaaf intracommunautaire prestaties. In de lidstaat waar de voorraad wordt aangehouden moet de ondernemer een intracommunautaire verwerving aangeven. De latere verkoop van de voorraad is een belaste levering in de andere lidstaat. De nieuwe regeling geldt voor de situatie waarin de ondernemer al voor de overbrenging van de goederen weet wie de afnemer zal zijn van deze goederen. De registratieverplichting en de aangifteverplichting in de lidstaat waar alleen voorraad wordt aangehouden vervallen dan voor de leverancier.

Daarnaast omvat het wetsvoorstel een regeling voor ketentransacties waarmee wordt bepaald welke levering in die keten als de intracommunautaire levering geldt. Ketentransacties zijn elkaar opvolgende leveringen tussen ondernemers van dezelfde goederen, die intracommunautair worden vervoerd of verzonden. Het aantal schakels in de keten is niet van belang, evenmin als in hoeveel lidstaten de ondernemers die tot de keten behoren zijn gevestigd of voor de btw zijn geïdentificeerd.

Verder heeft het wetsvoorstel betrekking op het bewijs van intracommunautair vervoer van goederen naar andere lidstaten. Dat bewijs is een van de voorwaarden voor de toepassing van het nultarief voor leveringen waarbij goederen vanuit een lidstaat naar een andere lidstaat worden verzonden of vervoerd. Om de rechtsonzekerheid weg te nemen is het criterium van twee weerlegbare vermoedens geïntroduceerd. Goederen worden geacht vanuit het grondgebied van de lidstaat van levering te zijn verzonden of vervoerd als bepaalde documenten kunnen worden overgelegd.

Het vierde onderwerp van het wetsvoorstel heeft betrekking op de status van het btw-identificatienummer. Volgens rechtspraak van het Hof van Justitie EU is het btw-identificatienummer geen vereiste voor de toepassing van het nultarief. Om de goederen- en dienstenstroom te kunnen volgen en de afdracht van btw te controleren is het gebruik van een juist btw-identificatienummer een vereiste. Het indienen van een juiste periodieke Opgaaf intracommunautaire prestaties wordt door dit wetsvoorstel onderdeel van de voorwaarden voor toepassing van het nultarief. Voldoet een ondernemer niet aan de voorwaarden, dan vervalt zijn aanspraak op toepassing van het nultarief, tenzij hij zijn tekortkomingen kan verantwoorden.

Reageren op het wetsvoorstel is mogelijk tot 3 juni 2019.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 10152 | 08-05-2019

Het laatste nieuws

Betaalde rente voor ex niet aftrekbaar

13 februari 2025

Een man blijft na de scheiding in de voormalige echtelijke woning wonen en neemt de volledige

Lees meer

Mag de Belastingdienst aanmaningskosten in rekening brengen aan een buitenlands belastingplichtige?

13 februari 2025

Een Nederlands echtpaar, dat buiten Nederland woont en Nederlands belastingplichtig is, ontving in 2020

Lees meer

Btw-vrijstelling voor thuistest

13 februari 2025

Een bv biedt testkits aan, waarmee afnemers zich kunnen laten testen op soa’s. De bv werkt samen met een

Lees meer

Geen zelfstandigenaftrek voor ondernemer, die ook werkt voor de bv van de partner

13 februari 2025

Een ondernemer heeft recht op de zelfstandigenaftrek als hij voldoet aan het urencriterium. Dat houdt in,

Lees meer