Concurrentiebeding en arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd

In een procedure in kort geding vroeg een ex-werknemer schorsing van het met zijn vorige werkgever

Lees meer

Concurrentiebeding en arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd

20 februari 2019

In een procedure in kort geding vroeg een ex-werknemer schorsing van het met zijn vorige werkgever overeengekomen relatie- en concurrentiebeding. De arbeidsovereenkomst tussen partijen was aangegaan voor bepaalde tijd. De kantonrechter heeft de bedingen geschorst totdat in een bodemprocedure over de rechtsgeldigheid ervan een einduitspraak zal zijn gedaan. In een kort geding is geen ruimte voor een uitgebreid feitenonderzoek. Dat vindt plaats in de bodemprocedure. Het hof heeft dit vonnis bekrachtigd. De werkgever heeft tegen de uitspraak van het hof cassatie aangetekend. In een conclusie gaat de Advocaat-generaal (A-G) bij de Hoge Raad in op de rechtsgeldigheid van concurrentie- en relatiebedingen in een tijdelijke arbeidsovereenkomst.

In een arbeidsovereenkomst kan een beding worden opgenomen dat de werknemer verbiedt om na het einde van de arbeidsovereenkomst voor kortere of langere tijd “op een bepaalde wijze werkzaam te zijn”. Zowel een concurrentiebeding als een relatiebeding valt onder deze wetsbepaling. Deze bedingen moeten schriftelijk zijn vastgelegd en mogen alleen met een meerderjarige werknemer worden overeengekomen. In een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is een dergelijk beding alleen toegestaan als uit de schriftelijke motivering van de werkgever blijkt dat het beding noodzakelijk is vanwege zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen. De werkgever moet aangeven om welke belangen het gaat. Het ontbreken van een motivering maakt het beding ongeldig. De rechter heeft de mogelijkheid om een beding geheel of gedeeltelijk te vernietigen wanneer het beding niet noodzakelijk is vanwege zwaarwegende belangen van de werkgever of wanneer de belangenafweging in het nadeel van de werkgever uitvalt.

De A-G zegt in de conclusie dat in de wet en de wetshistorie geen steun is te vinden voor het standpunt van de werkgever dat een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd geldig is zodra er ‘enige’ motivering is opgenomen, tenzij deze volstrekt onzinnig is.

Bron: Hoge Raad | Conclusie AG | ECLINLPHR201946, 18/00959 | 20-02-2019

Het laatste nieuws

Onverplicht aflossen schulden bv is geen aandeelhoudersmotief

23 oktober 2025

Wie als aandeelhouder geld in zijn bv stopt zonder daartoe verplicht te zijn, kan dit soms als verlies

Lees meer

Betalingen zonder tegenprestatie zijn niet aftrekbaar

23 oktober 2025

Wie via zijn bv betalingen doet aan andere bedrijven, mag deze kosten alleen aftrekken als daar een

Lees meer

Uitbreiding aandelenbelang telt niet mee voor vijfjaarstermijn bor

23 oktober 2025

Wie aandelen schenkt met toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling (bor), moet rekening houden met de

Lees meer

Bijtelling privégebruik voor drie auto’s

16 oktober 2025

Een auto die een werkgever ter beschikking stelt aan een werknemer wordt altijd geacht ook voor

Lees meer