Btw-heffing kortingsbonnen

Per 1 januari 2019 verandert de wet- en regelgeving voor de heffing van omzetbelasting ten aanzien van

Lees meer

Btw-heffing kortingsbonnen

15 november 2018

Per 1 januari 2019 verandert de wet- en regelgeving voor de heffing van omzetbelasting ten aanzien van vouchers. Dat is het gevolg van een aanpassing van de Europese btw-richtlijn 2006. In verband hiermee wordt het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 (UBOB 1968) aangepast. In het UBOB 1968 is een regeling opgenomen voor de btw-behandeling van zegels en waardebonnen.

Het gaat om gevallen waarin de ondernemer bij de levering van goederen aan zijn afnemers gratis waardebonnen verstrekt, die bij hem of bij een andere ondernemer kunnen worden ingewisseld tegen goederen, al dan niet met bijbetaling. Waardebonnen die kunnen worden ingewisseld tegen goederen of diensten zonder bijbetaling vallen onder de per 1 januari 2019 geldende wettelijke regeling voor vouchers. Waardebonnen die kunnen worden ingewisseld tegen goederen of diensten met bijbetaling zijn kortingsbonnen. Voor kortingsbonnen wordt een regeling opgenomen in het UBOB 1968. De nieuwe regeling gaat ook gelden voor waardebonnen die niet gratis worden verstrekt. Er zijn waardebonnen die naar keuze kunnen worden gebruikt als voucher voor bepaalde goederen of diensten of als kortingsbon voor andere goederen of diensten. Deze waardebonnen vallen onder de toepassing van het UBOB 1968 voor zover zij worden gebruikt als kortingsbon. De regels voor kortingsbonnen in het UBOB 1968 sluiten aan op de in de Wet OB 1968 opgenomen heffingsregels voor vouchers.

De nieuwe regeling voor kortingsbonnen is als volgt. De ondernemer, die bij de levering van goederen of diensten kortingsbonnen verstrekt, wordt btw verschuldigd over de vergoeding, ook als een deel van de vergoeding betrekking heeft op de kortingsbonnen. De verstrekking van de kortingsbonnen heeft pas gevolg voor de btw-heffing bij de inwisseling ervan. Over de bijbetaling bij de inwisseling van de kortingsbonnen moet btw worden berekend vermeerderd met het bedrag dat voor de bonnen is betaald.

Bron: Ministerie van Financiën | besluit | Staatsblad 2018 383 | 15-11-2018

Het laatste nieuws

Zakelijk gebruik woning: documenteer tijdig en grondig

8 mei 2025

Voor vermogensetikettering is de wil van de belastingplichtige leidend, tenzij de grenzen der

Lees meer

Registratie in postsysteem is geen bewijs voor tijdige verzending

8 mei 2025

Een eigenaresse van een woning klaagt de gemeente aan. Zij beweert dat de gemeente onvoldoende snel heeft

Lees meer

Wie stelt moet bewijzen, ook na afloop van de bewaarplicht

8 mei 2025

In het belastingrecht geldt doorgaans dat de inspecteur de bewijslast draagt voor het vaststellen van

Lees meer

Geen opgewekt vertrouwen door volgen aangifte in latere jaren

8 mei 2025

Bij een beheer- en exploitatiemaatschappij, die zich bezighoudt met de exploitatie van onroerende zaken,

Lees meer