Invullen e-mailadres geen garantie voor bereikbaarheid

Het kenbaarheidsvereiste speelt een cruciale rol in het elektronisch bestuurlijk verkeer tussen burgers

Lees meer

Invullen e-mailadres geen garantie voor bereikbaarheid

3 april 2025

Het kenbaarheidsvereiste speelt een cruciale rol in het elektronisch bestuurlijk verkeer tussen burgers en overheidsinstanties. Dit vereiste houdt in dat een bestuursorgaan een bericht, zoals een besluit of uitspraak, alleen elektronisch mag verzenden als de geadresseerde duidelijk heeft aangegeven dat hij op deze manier bereikbaar is. De Hoge Raad moet beoordelen of het invullen van een e-mailadres voldoende is voor het kenbaarheidsvereiste. De procureur-generaal (PG) bij de Hoge Raad concludeert van niet.

Een man ontvangt twee naheffingsaanslagen voor parkeerbelasting en maakt bezwaar door een online formulier in te vullen. In het formulier is het veld e-mailadres een verplicht veld. De man vult hier zijn e-mailadres in. De heffingsambtenaar reageert door de uitspraak op bezwaar per e-mail te versturen. De man stelt dat hij deze e-mail nooit heeft ontvangen. Wanneer hij vervolgens in beroep gaat bij de rechtbank, verklaart de rechtbank zijn beroep niet-ontvankelijk vanwege overschrijding van de beroepstermijn. De man blijft volhouden dat hij de uitspraak op bezwaar niet heeft ontvangen en gaat in hoger beroep en uiteindelijk in cassatie.

Procureur-Generaal (PG) Pauwels concludeert dat de omstandigheden die de rechtbank in aanmerking neemt, onvoldoende zijn om te oordelen dat de man kenbaar heeft gemaakt dat hij langs elektronische weg bereikbaar is. Het enkele invullen van een e-mailadres op een formulier, vooral als dit een verplicht veld is, is niet genoeg om aan te nemen dat de man voor verdere communicatie langs elektronische weg bereikbaar is.

Daarnaast stelt de PG dat de heffingsambtenaar de verzending van de e-mail niet voldoende aannemelijk maakt. Een schermprint van een e-mailbericht is onvoldoende bewijs voor de verzending ervan. De PG geeft de Hoge Raad in overweging het beroep in cassatie gegrond te verklaren. Hierdoor zou het beroep van de man alsnog ontvankelijk moeten worden verklaard. 

Bron: Hoge Raad | Conclusie AG | ECLI:NL:PHR:2025:277 | 27-02-2025

Het laatste nieuws

Rente op terugbetaalde gouden handdruk aftrekbaar

11 december 2025

Een werknemer moet na jarenlange procedures zijn gouden handdruk van € 750.000 terugbetalen, plus €

Lees meer

Premie en bijdrageloon Zorgverzekeringswet 2026

11 december 2025

De minister van VWS heeft het bijdrageloon en het bijdrage-inkomen voor de Zorgverzekeringswet voor het

Lees meer

Wel of geen btw bij kortstondig verhuren voor verkoop?

11 december 2025

Bij overdracht van een onderneming of een zelfstandig deel daarvan hoeft geen btw te worden berekend.

Lees meer

Betaal voorlopige aanslag 2026 pas ná de dagtekening

11 december 2025

In december 2025 verzendt de Belastingdienst al aanslagen over 2026. Deze hebben een dagtekening in

Lees meer